Dat de prijsverhoging van Mediahuis de dagbladhandelaars niets oplevert, lokt heel wat reacties uit. Zo trok ook de commentaar van oud-VFP-voorzitter Eric Tommelein onze aandacht. Hij plaatst de margepolitiek van Mediahuis in een historisch perspectief.
Eric Tommelein geniet sinds vijftien jaar van zijn pensioen, maar blijft het reilen en zeilen van de dagbladwinkel nog steeds op de voet volgen. “Wat er nu gebeurt bij Mediahuis is schandalig”, reageert een duidelijk misnoegde Tommelein. “Die uitgeverij is wat de winstmarges betreft altijd een buitenbeentje geweest. Dat was niet anders toen ze nog de VUM heette.”
Tommelein schetst hoe ook al in een verder verleden bij Mediahuis de filosofie aanwezig was dat de uitgever zelf niet hoefde op te draaien voor gestegen kosten. “Ik herinner mij dat als er een opslag van de benzineprijzen of van het krantenpapier was, dat ik met de verantwoordelijken van de VUM discussies had”, vertelt hij. “Zij vonden dat de uitgever niet moest opdraaien voor die prijsverhogingen. Maar Frans Bleyen, met wie ik overigens een heel goed contact had, wist dat er over van alles en nog wat kon onderhandeld worden, maar dat die marge van 25 procent heilig was, dat daar niet aan geraakt mocht worden.”
Ooit, in 1984, voerden de dagbladverkopers, met succes actie tegen de nieuwe VUM-krant “24 Uur”. “De verschillende lokale voorzitters van de federatie – Noré, Moelants en Cornelis – hebben toen opgeroepen tot een nationale boycot van die krant, omdat die ook buiten het circuit van de dagbladwinkels aan de man werd gebracht. Ik was daar ook bij betrokken en we zijn in Groot-Bijgaarden de wegen gaan blokkeren om de vrachtwagens van de VUM te beletten uit te rijden. Wij hebben ook de adverteerders onder druk gezet, met het argument dat “24 Uur” toch niet in de winkels zou geraken. Dat ging om een actie waar miljoenen (Belgische frank) bij betrokken waren. Sommige krantenwinkels bleven toen een dag dicht, anderen verkochten geen kranten van de VUM. Wij zijn zelfs ook bakken met kranten van de VUM bij sommige collega’s met benzine gaan overgieten.”
Noot van de redactie: het huidige VFP-bestuur herhaalde deze actie begin deze eeuw bij de verschijning van Het Nieuwsblad op Zondag (de reactie van de toenmalige VUM op ‘De Zondag’). De uitgever stopte deze syndicale actie door een eenzijdige procedure bij de rechtbank. VFP laat weten dat “de afhandeling van deze procedure uiteindelijk vijf jaar duurde en een aanzienlijk bedrag kostte. Op het ogenblik van de uitspraak verscheen de krant al niet meer en waren veel leden de inzet en het belang ervan al lang vergeten”.
Of zulke acties anno 2021 nog mogelijk zijn, betwijfelt dus ook Eric Tommelein. “Je mag niet vergeten dat we toen, op Limburg na, meer dan 800 leden per provincie telden. Dat hield ook in dat we in staat waren druk uit te oefenen. De dag van vandaag zie je enkel maar krantenwinkels verdwijnen en de ‘zuivere’ dagbladwinkels vind je bijna niet meer terug. In de buurt van Scheldewindeke, waar ik woon, waren er vier. Tegen nieuwjaar verdwijnt de laatste. Wat niet wegneemt dat er wel acties mogelijk zijn. Ik zou opteren voor raamaffiches of flyers om aan de klanten duidelijk te maken dat de winkeliers geen cent verdienen aan de prijsverhoging, die ik overigens ook heel fiks vind, van de dagbladen van Mediahuis. Het lijkt er mij trouwens op dat die prijsverhoging alleen maar ten goede komt aan de abonnees.”
Ten slotte moet er hem nog iets van de maag. “Ik vond het heel mooi dat Liesbeth Van Impe, hoofdredactrice van Het Nieuwsblad, in ‘De Slimste Mens’ de mensen er toe aanzette om met betrekking tot de lockdown lokaal te kopen. Ik begrijp dan niet dat ze niet inziet dat Mediahuis door de beperking van de winstmarges, ook snijdt in het vlees van de lokale winkeliers. Het is de hoogste tijd dat de dagbladuitgevers eens samen voor de spiegel gaan staan en zich afvragen welke schade ze de laatste jaren al aan de sector van de persverkopers hebben aangericht.”